Lang leve de lol op Borneo
Een oudere vrouw zuigt op een pluk verslavende betel-bladeren, verderop eten kinderen gehurkt een sateetje: we zijn in een traditioneel longhouse op Borneo. Hier, in een typische nederzetting van het Dayak-volk, bestaat het dorp niet uit huizen: één enkel rumah betang ís het dorp. Met soms wel tientallen families tegelijk wonen ze samen in een huis van soms wel driehonderd meter lang. Aan weerszijden van een gezamenlijke gang zijn de ingangen van verschillende kamers, waarin vaak een compleet gezin woont. Kennelijk wegen de voordelen van veiligheid, status en sociale geborgenheid voor deze bewoners zwaarder dan het complete gebrek aan privacy.
Kollumer longhouse
De afgelegen jungle van het voormalige Kalimantan is een van de laatste plekken op aarde waar mensen nog in longhouses wonen. Mogelijk is deze hutje-mutje-gewoonte de oervorm van onze hedendaagse huizen. Wereldwijd zijn er voorbeelden bekend van volken en stammen die een langhuis verkozen boven een individueel hutje: van het Schotse 'blackhouse' en Amerikaanse Huron-huizen tot Nepalese Badaghar en het Långhus van de Vikingen. Ook in Nederland zijn nog langhuizen te vinden: de Friese en Groningse kop-hals-staartboerderij.